Tekort aan ICT’ers en monteurs die industrie moeten verduurzamen

Nieuws

In de afgelopen jaren is het tekort aan arbeidskrachten die de industrie moeten helpen te verduurzamen fors gegroeid. Net als in andere bedrijfstakken is er meer vraag naar monteurs, ICT’ers en technici dan er zijn. Voor bedrijven die met de handen in het haar zitten, heeft het UWV drie adviezen.

In het tweede kwartaal van 2023 waren er ruim 50.000 openstaande vacatures voor banen om de industrie te helpen de klimaatdoelen te halen, meldt uitkeringsinstantie UWV in een rapport. Ter vergelijking: eind 2019 stonden er 33.000 vacatures open. En in 2016 waren het er nog geen 20.000. 

Er is vooral veel vraag naar monteurs, elektriciens en operators van machines in fabrieken. Zie onderstaande lijst met de top 10 van meeste vacatures voor beroepen die helpen om de industrie te verduurzamen. 

Niet geheel toevallig zijn het beroepen waar niet alleen in fabrieken veel vraag naar is. Ook energie- en bouwbedrijven zijn hard op zoek naar mensen die windmolens in elkaar kunnen zetten of een zonnepaneel op een dak kunnen installeren. 

Ingewikkeld vraagstuk

Daarbovenop komt nog de buitenlandse concurrentie, want ook daar is veel vraag naar technisch geschoold personeel dat de klimaattransitie kan helpen uitvoeren. Daar is genoeg werk aan de winkel: het doel is om in 2030 55 procent minder CO2-uitstoot te hebben ten opzichte van 1990.

De industrie is daar een belangrijke factor. In totaal werken er 934.000 mensen in de industrie in ons land. Dat komt neer op 8 procent van alle banen. 

Veel van die werknemers zijn – om het nog ingewikkelder te maken – ouder dan de gemiddelde werknemer in Nederland. Maar liefst 13 procent van de werknemers in de industrie is 60 jaar of ouder tegenover het gemiddelde van 10 procent. En dus is de verwachting dat de krapte op de arbeidsmarkt voorlopig nog wel aanhoudt. 

Grijze golven op komst

Zeker omdat er nog een forse grijze golf achter de eerste golf aankomt. Nog eens 28 procent van de werknemers is tussen de 50 en 60 jaar oud. Een groep van 234.100 werknemers gaat dus tussen 2030 en 2040 met pensioen. Ervan uitgaand dat de pensioenleeftijd op 67 jaar blijft. 

Slecht nieuws: jonge aanwas is schaars. De studierichtingen op mbo- en hbo-niveau waarvandaan de nieuwe werkkrachten zouden kunnen komen, waren in 2022 minder in trek dan in 2018. Op universiteiten waren wel meer studenten die zich aanmeldden voor studies in de richting chemie, metaal, werktuigbouwkunde, elektro en mechatronica. 

Onderaan de streep niet voldoende om het aantal vertrekkende 60-plussers op te vangen, concludeert het UWV. En daar komt bij dat jongeren steeds minder vaak fulltime willen werken.

Voldoende personeel aan je binden is dus een flinke klus. Het UWV adviseert bedrijven drie strategieën. De eerste is al vroeg jongeren verleiden om bij hen te komen werken, door het aanbieden van stageplaatsen of traineeships. Ook kan het lonen om met wat omscholing en extra begeleiding mensen uit andere beroepen te lokken, als ze al wel bepaalde vaardigheden hebben die van pas kunnen kopen. 

Strategieën om personeel te lokken

Een andere strategie is om werk anders te organiseren. Zoals de ‘leerling-gezel-meesteraanpak’, waarbij iemand meeloopt met een ervaren rot om het vak te leren en langzaam zijn taken overneemt. In hetzelfde straatje: de inzet van robots of andere automatisering om werk van mensen over te nemen. 

En als mensen dan eenmaal binnen zijn: houd ze ook binnen. Bijvoorbeeld door hen lekker vitaal en gezond te houden, zeker als ze daardoor later met pensioen gaan. Dat kan door hun inspraak te geven op hun rooster en werktijden. 

Nog meer tips van het UWV: wees flexibel naar je werknemers, als ze bijvoorbeeld eerder weg moeten om de kinderen op te halen. Maar geef ze tegelijkertijd vastigheid als het gaat om hun inkomen. Niet te veel flexcontracten dus, maar mensen vast in dienst nemen. 

Een andere oplossing is natuurlijk om mensen meer te betalen, maar daar zijn vooral individuele bedrijven mee geholpen. Afgaand op vacatures online van bijvoorbeeld het gespecialiseerde detacheringsbureau Synsel gebeurt dit wel.

Zo biedt een niet nader genoemde fabrikant van verpakkingsmachines een engineer een salaris van minimaal 68.000 euro. Dat kan nog oplopen tot 104.000. In het pakketje lokkertjes verder nog een auto, telefoon en laptop van de zaak. 

Salarissen flink gestegen

Het geboden salaris ligt flink boven de gemiddelde salarissen die volgens het CBS in de industrie worden betaald. Dat lag in 2022 – de laatst beschikbare cijfers – op 59.000 euro voor een fulltime dienstverband, inclusief bonussen en dergelijke. Dat bedrag ligt dan weer wel fors boven het Nederlandse gemiddelde. En het gemiddelde salaris is sinds 2019 met bijna 11 procent gestegen. 

Gerelateerde artikelen